Persbericht 2001-01-25
Families Berten en Voordeckers vragen onderzoek in Guatemala
Persbericht
Donderdag 25 januari 2001
Vandaag, 25 januari 2001, hebben de families Berten en Voordeckers een klacht met burgerlijke partijstelling ingediend bij onderzoeksrechter B. Bulthé te Brussel. Met deze klacht vragen zij een gerechtelijk onderzoek naar de verdwijning van Serge Berten en de moord op Walter Voordeckers in Guatemala, respectievelijk op 19 januari 1982 en op 12 mei 1980.
De juridische grondslag voor deze klacht is te vinden in de Wet van 16 juni 1993 betreffende de bestraffing van ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht, zoals gewijzigd door de Wet van 10 februari 1999, en in het internationaal gewoonterecht. Volgens deze rechtsbronnen zijn gedwongen verdwijningen en moorden misdaden tegen de mensheid, voor zover deze kaderen in een politiek van systematische repressie tegen de burgerbevolking. De Belgische rechter is bevoegd om deze misdrijven te onderzoeken en te beoordelen.
Met deze klacht wensen de families Berten en Voordeckers in eerste instantie meer informatie te verkrijgen over de precieze omstandigheden waarin de verdwijning en de moord hebben plaatsgevonden. Daarnaast willen zij dat de daders ter verantwoording worden geroepen, met name dat zij worden vervolgd en veroordeeld voor deze feiten. De lijst van de personen tegen wie de klacht zich richt wordt voorlopig niet openbaar gemaakt. Tot slot wensen de familieleden met dit initiatief hun solidariteit te betonen met de tienduizenden Guatemalteekse slachtoffers die vielen tijdens de burgeroorlog en in de periode erna.
Het initiatief van de families wordt ondersteund door verschillende niet-gouvernementele organisaties, onder wie het Vlaams Guatemala Overleg, 11.11.11. en het Serge Berten Comité. De acties gebeuren in overleg met gelijkaardige acties in Spanje en in Guatemala. De families worden vertegenwoordigd door de raadslieden M. Verhaeghe en L. Walleyn.